DS AVond 040214: over 'the facebook'
Zwaaien naar Grote Broer
Het staat ongetwijfeld overal op Facebook dat op 4 februari
2004 Facebook (toen nog ‘The Facebook’) gelanceerd werd.
Tien jaar later moet je al van heel erg ver komen om niet te
weten waarvoor het platform staat. Ongeveer 1,20 miljard mensen ter wereld
gebruiken het maandelijks, 728 miljoen dagelijks.
In wezen organiseert dit zogeheten sociale medium een
functie waaraan we blijkbaar veel belang hechten: tateren en kwebbelen, de klok
rond. Terwijl zelfs de eerste generatie mobiele telefoons ook al dezelfde
functie hadden als de satellietverbindingen tijdens een journaal – melden dat
er nog niets is gebeurd: ‘Neen Martine, de vergadering is nog steeds niet
afgelopen’ of ‘ja, ik zit nog steeds in de trein’.
Een medium als Facebook laat nog meer geneuzel toe. In
vergelijking met een telefoon is Facebook sociaal: je bent in principe altijd
met meerderen in gesprek en iedereen ‘hoort’ elkaar. Gelukkig kunnen we
selectief luisteren, want het geroezemoes moet oorverdovend zijn. Beeld je in,
een zaal van 728 miljoen mensen die kriskras door elkaar kletsen, dat valt niet
te beheersen, of toch?
Facebook stuurt ons gedrag, maar subtiel, een beetje zoals
de Franse filosoof Michel Foucault het omschreef met de term ‘micromechanismen
van de macht’: het gebruikt geen brute macht, maar via allerlei kleine anonieme
ingrepen worden we toch in het ootje genomen of zelfs gecensureerd. Zo krijg je
wel reclame voor ongezond eten, maar geen blote tiet. De techniek stuurt al
veel langer onze moraal, zoals de Nederlandse filosoof Peter-Paul Verbeek
schreef in De daadkracht der dingen.
Facebook zet ook onze privacy onder druk. Niet zoals Orwell
dacht, omdat Grote Broer ons beloert, maar eerder omdat we zelf massaal voor de
camera staan te zwaaien. En Kleine Broer, de camera, is overal. Wulps gedrag op
een toren is door de kijklustigen na enige tijd vergeten, maar een publiek
filmpje ervan ‘dwingt’ ons – (ex-)vrienden, nieuwe minnaars, potentiële
werkgevers – zaken te vernemen over iemands verleden.
En toch leek aanvankelijk niemand zich daar echt zorgen over
te maken. Tot de virtuele marktplaats ook minder fraaie kanten van onszelf liet
zien: schelden, pesten, roddelen, stalken of zelfs mensen de dood injagen. De
term sociaal medium laat daarom bij menig gebruiker een bittertje in de mond.
Edoch. In tegenstelling tot de doemdenkers die met Facebook
het einde van het ‘echte’ sociale leven inluidden, moeten we stilaan onder ogen
zien dat je op dat platform doet wat we altijd al in het echt hebben gedaan:
een lief vinden of verliezen, te schande komen of vieren, oproepen tot betogen
en verontwaardigd zijn over dingen die anderen hebben gedaan, en vooral, je
beter voordoen dan je bent.
Nog nooit leken realiteit en virtualiteit zo sterk op
elkaar.
Comments
Post a Comment