De Standaard 030214
DE MENING
IGNAAS DEVISCH IS HOOFDDOCENT FILOSOFIE EN ETHIEK (UGENT)
Beloofwaardigheid
IGNAAS DEVISCH IS HOOFDDOCENT FILOSOFIE EN ETHIEK (UGENT)
Beloofwaardigheid
Er was eens een
politicus die beloftes deed en ze na de verkiezingen moest inslikken. Er was
ook eens een politicus die geen beloftes deed en niet verkozen raakte. Klinkt
dit herkenbaar in deze tijden?
De vraag luidt
dus waarom we de komende maanden willen bedrogen worden en naar beloftes snakken
die niet realistisch zijn maar ons van een beter leven doen dromen? Met dat
laatste wordt nu komaf gemaakt. Zo bleek afgelopen week dat er enkele
bollebozen de recent gemaakte beloftes zullen ‘doorrekenen’. Harde feiten,
naakte cijfers.
Gesteld dat de
berekeningen kloppen, hoe zinnig kan zoiets zijn? Hoe kunnen we dan nog onszelf
laten bedriegen? Of mooier gesteld: wie geeft ons dan nog iets om in te
geloven? Hoe en waar wringen we de idealen er nog tussen, of valt dat ook al te
meten? ‘Uw voorstel is voor 67,4% idealistisch meneer en is daarom
ongeloofwaardig’. Nou.
Geloven en
geloofwaardig zijn. In politieke kringen weerklinkt het luider dan in
kerkportalen. ‘Credibility’ is een cruciale eigenschap voor wie verkozen wil
raken. Maar wat houdt dat in? Harde feiten beloven en letterlijk doen wat je
zegt? Of onze verbeeldingskracht aanspreken?
Dat er geen
geloof meer is in het instituut politiek klinkt stilaan als een mantra; we
blijken niet meer bijbelvast te zijn en het is opvallend dat de meest ‘atheïstische’
reflex uit christendemocratische hoek kwam: ‘wie gelooft die mensen nog?’
orakelde Yves Leterme ooit, en hij werd verkozen. Hij deed dat door de illusie te
creëren dat hij geen tijd had om campagne te voeren, wat meteen zijn campagne
werd: overal verkondigen dat hij geen tijd had om met zoiets als postjes bezig
te zijn. Klinkt herkenbaar, toch? Om geloofwaardig te zijn moet een politicus
blijkbaar vooral beloven geen politicus te zijn en dat het daarom met hem of
haar anders zal zijn. Vreemd.
Het is maar een
ideetje, maar waarom niet beloven dat je gewoon aan politiek zal doen vanuit de
ideeën die je zelf aanlevert? Want natuurlijk wil je in politiek de macht
grijpen en posten bezetten, je stelt je namelijk kandidaat. Politiek gaat over het
vermogen en de positie om ideeën te realiseren, en daar is niets mis mee.
Ik stel daarom
voor een nieuw woord te lanceren: beloofwaardigheid.
Alleen wie het aandurft volmondig politicus te zijn, is het waard beloftes te doen
die ons doen dromen van een betere wereld en bijgevolg ook van zaken die niet zonder
meer te berekenen zijn, zoals het ontvankelijk zijn voor de glimlach van iemand
naast je in de trein, of opnieuw de tijd te hebben om elkaars huis te bezoeken.
Wie belooft, zij
geloofd.
Comments
Post a Comment